De historie van de gebouwen en het orgel van de Gereformeerde Kerk te Siddeburen
De historie van de gebouwen en het orgel van de Gereformeerde Kerk te Siddeburen
De gemeente is officieel in 1857 zelfstandig geworden na vanaf 1840 een gemeenschappelijke gemeente met Schildwolde te hebben gevormd.
De eerste steen voor een kerkgebouw in Siddeburen werd gelegd in 1855, achter de huidige pastorie. Toch was er nog geen zelfstandige gemeente.
Schildwolde-Hellum-Siddeburen hadden toen twee kerkgebouwen.
In 1856 werd voor de eerste maal het Woord bediend in het nieuwe gebouw en daarna werd met wederzijdse instemming besloten zowel voor Schildwolde als voor Siddeburen een predikant te beroepen.
Het jaar 1857 was een gedenkwaardig jaar, want toen werd officieel onze gemeente zelfstandig.
De eerste predikant, ds.Hulst uit Stedum, werd op 7 november 1858 bevestigd.
Inmiddels was ook een huis naast de kerk aangekocht als pastorie.
Door een sterk groeiende gemeente moest in 1881 een lokaal achter de kerk worden gebouwd, die 's zondags diende als bijgevoegd kerkgebouw en de rest van de week catechisatie ruimte en voor bijeenkomsten van de jeugdvereniging.
In 1883 werd een orgel opgesteld aan de noordkant van de kerkruimte met een zwartgelakte en met goud afgebiesde kas. Zoals gebruikelijk in die tijd had de gemeente tot dat jaar een voorzanger in dienst.
Veel is over dit orgel niet bekend. Wel weten we dat men, afgezien van de voorname kas, niet veel plezier heeft gehad van het instrument. Bij een beetje zomerwarmte weigerde het instrument zijn diensten. Dit werd zo erg dat de toenmalige organist op een gegeven moment weigerde het orgel nog langer te bespelen.
In 1893 wordt besloten aan de westzijde van de kerk een kamer bij te bouwen ten behoeve van de kerkgangers en de zondagsschool bezoekers.
De komst van ds. Reijenga in 1911 kondigde een bloeitijd voor de gemeente aan.
Het oude kerkgebouw had niet bepaald zijn bekoring, hetgeen bleek uit het geen hij bij zijn komst heeft gezegd:"Ik zal preken dat ze eruit barsten". En inderdaad bleek al spoedig de kerk te klein te zijn.
De bouw van een nieuwe kerk werd aan de orde gesteld en reeds op 8 december 1912 werd de laatste dienst in het oude kerkgebouw gehouden. Op 13 december van hetzelfde jaar werd het nieuwe kerkgebouw in gebruik genomen. De oude kerk werd in 1913 verkocht en gesloopt.
In 1919 werd er elektrische verlichting in het kerkgebouw aangebracht. In 1928 werd de huidige pastorie gebouwd.
Wat er met het oude orgel is gebeurd is niet bekend; uit de archieven begrijpen we dat het in de periode van ds. Los (± 1930) werd vervangen hetgeen erop duidt dat het oorspronkelijke orgel destijds is overgeplaatst.
In 1930 werd een gebruikt orgel aangeschaft bij de fa. Leemhuis te Zuidbroek: een balustrade orgel met klavieren aan de rechterkant, gebouwd in 1852 door P.v.Oeckelen voor de R.K.Kerk te Veendam.
De achter de kerkzaal geplaatste ruimte (tot voorheen de consistoriekamer) bleek inmiddels ook te klein te zijn geworden en in 1936 werd dan ook besloten achter de kerk een nieuw flink gebouw te bouwen: het huidige Rehoboth gebouw.
Door het oorlogsgeweld in april 1945 werd grote materiele schade aan het kerkgebouw aangericht. De noordzijde van de kerk alsmede het interieur was zwaar gehavend. Rehoboth echter was er vrij goed vanaf gekomen en kon provisorisch worden hersteld, zodat hierin voorlopig kerkdiensten konden worden gehouden.
In 1946 was het kerkgebouw voorlopig hersteld en na de komst van ds.Hazenberg in 1946 in record tempo compleet en verfraaid opgeleverd en voor het eerst voorzien van galerijen aan de west- en oostkant.
Helaas bleek het orgel niet al te best te zijn en in 1954 werd besloten het orgel te laten restaureren en uit te breiden door de fa.Reil uit Heerde. Voor het eerst prijkte in de kerk een orgel met Hoofdwerk en Rugwerk en 23 stemmen. In 1964 werd het orgel uitgebreid met een Subbasregister voor het pedaal.
Zoals met alle door hem gebouwde orgels uit die tijd bleek ook dit instrument een rampenorgel te zijn. Slechte mechanieken en een zware speelaard maakten het bespelen tot een ergernis.
In 1969 werd het kerkinterieur ingrijpend gemoderniseerd waarbij de verwarming flink werd opgestookt teneinde het gebouw droog te krijgen. Hierbij liep het orgel grote schade op aan windladen en -kanalen. Hierna bleef het orgel alleen nog maar bespeelbaar door zeer veel lapwerk en bijregelen.
In 1974 werd, ondanks een restauratie advies van de fa.Reil, besloten het orgel in onderhoud te geven bij een pseudo orgelreparateur, die zich uitsluitend beperkte tot het bespeelbaar houden van het instrument. Pas in 1979 werd besloten een geheel nieuw instrument aan te schaffen het welke in 1985 werd opgeleverd door de fa.Reil uit Heerde.
In 1994 werd er een extra register op het rugwerk geplaatst. Het geld hiervoor is via een actie, georganiseerd door de Stichting Siddebuurster Orgelconcerten, verzameld.
Voor wat betreft het gebouw valt in de jaren na de oorlog weinig nieuws te melden.
Begin jaren 90 werd de grote zaal van Rehoboth ingrijpend gemoderniseerd en beter geschikt gemaakt voor het gebruik van diverse commissies, verenigingen, partijen enz.
In 1996 werd begonnen gebouw Rehoboth uit te breiden met een moderne entree, een andere doorgang naar het kerkgebouw en een geheel vernieuwde keuken.
Korte omschrijving van het kerkgebouw
De kerk met toren is een in neo-romaanse stijl gebouwde kruiskerk, bouwjaar 1911. Tijdens de bevrijdÍng van Siddeburen, april 1945, werd de kerk zwaar beschadigd. Restauratie volgde. Toen ook werden in de zijvleugels galerijen gebouwd. In de zestiger jaren werd de kerk opnieuw gerestaureerd.
De preekstoel is het centrale punt in de kerk met daarvoor de avondmaalstafel met antependium, doopvont en plantenbak. Tijdens de erediensten staan er bloemen in de kerk, die later als bloemengroet van de gemeente naar een gemeentelid gaan.
De kerk bezit twee gebrandschilderde raampartijen.
Een pronkstuk in de kerk is het orgel, het Reil-van Oeckelen orgel. Klik voor een uitvoeriger beschrijving van het orgel op het menu Het kerkgebouw --> Het orgel.
|